Het is vandaag Safer Internet Day: tijdens deze 21ste editie is het thema ‘Together for a better internet’. We moeten het inderdaad samen doen, maar tegelijkertijd begint een beter internet bij jezelf. Er wordt vooral de nadruk gelegd op jongeren, voor wie het internet misschien vaak juist geen geheimen lijkt te hebben, maar die tegelijkertijd moeite hebben om in te schatten welke gevolgen hun gedrag heeft.
Vroeger werd altijd gezegd dat je vooral een heel moeilijk wachtwoord moet kiezen en dat is absoluut nog steeds waar. Het is nog steeds het beste om te gaan voor wachtwoorden van 12 tekens, met verschillende type tekens erin en geen hele woorden. Tegelijkertijd zien we ook een innovatie op het gebied van wachtwoorden, namelijk Passkeys. Die zouden uiteindelijk het wachtwoord moeten gaan vervangen en zijn ontwikkeld door een consortium waar onder andere de grootste techbedrijven ter wereld deel van uitmaken. Passkeys zijn een soort sleutelparen waarvan het ene deel op de site staat waarop je inlogt, en het andere deel in je smartphone zit. Komen die samen, dan krijg je toegang. Hierdoor hoef je geen wachtwoorden te onthouden en wordt omdat je je telefoon ontgrendeld met biometrische gegevens meteen een extra veiligheidscheck gedaan.
Het is natuurlijk heel grappig om met iemand die vraagt of hij je sugar daddy mag zijn een gesprek aan te knopen op Instagram, maar pas wel op. Je weet echt niet wie er achter dat account zit en waar hij of zij toe in staat is. Als je iemand online ontmoet kun je er zelfs beter vanuit gaan dat diegene niet te vertrouwen is: dan kan het later alleen maar meevallen. Deel ook geen persoonlijke gegevens via social media, en al zeker niet met iemand die je niet persoonlijk kent.
Wat nu veel voorkomt zijn scams waarbij mensen je ouders een berichtje sturen alsof jij geld nodig hebt. Het is zelfs inmiddels zover dat met AI je stem kan worden nagedaan. Spreek daarom goed met je ouders af wat je doet in noodsituaties en zorgt dat dat niet lijkt op wat kwaadwillenden doen. Spreek bijvoorbeeld af dat je ze nooit zou appen over geld, of spreek zelfs een codewoord af dat je zegt als er echt nood aan de man is. Op die manier weten je ouders ook wat beter wat ze van je kunnen verwachten, en dus ook wanneer jij dat dus helemaal niet blijkt te zijn. Zeker als ze zich zorgen maken omdat het berichtje verontrustend is, dan heb je eerder kans dat ze erin meegaan: goede afspraken maken dus.
Sommige mensen denken dat gedrag dat ze online op het ‘wereldwijde web’ vertonen niet helemaal meetelt. Echter is misschien juist wel het tegendeel waar, want wat online staat, wordt meteen door veel mensen gezien en blijft bovendien vaak altijd wel vindbaar. Sta je op het punt uit frustratie te tweeten dat je manager een hork is, of dat jullie bedrijf helemaal niet zo duurzaam bezig is als het pretendeert te zijn? Bezint eer je begint: tel eerst even tot 20 en bedenk even wat er zou gebeuren als je manager, je moeder, je opa of je partner dit zou lezen. Post je het dan nog steeds?
Omdat we vanuit bijvoorbeeld werk gewend zijn dat cybersecuritytrainingen veelal over de computer gaan, zou je bijna gaan denken dat cybercrime alleen maar op de pc plaatsvindt. Niets is minder waar: cybersecurity gaat juist ook om je telefoon. Smsjes met phishingsites, scammers op social media, Microsoft die je zogenaamd belt: het zijn allemaal voorbeelden van cybercrime die juist plaatsvindt op je smartphone. Blijf ook daar dus altijd alert.