Chemotherapie blijkt anders te werken dan de wetenschap dacht en dat is goed nieuws. Het betekent namelijk dat er misschien een manier is om kwaadaardige cellen nog beter te bestrijden. Nederlandse wetenschappers ontdekten dat we al die jaren helemaal verkeerd naar chemo keken. Dit is hoe het wel zit.
De vondst van Nicolaas Boon en Thijn Brummelkamp komt voort uit een onderzoek dat werd gedaan naar de manier waarop chemotherapie kankercellen bestrijdt. Chemotherapie slaat niet altijd aan en nu is ontdekt waar dat mogelijk vandaan komt. Deze manier om tegen kanker te strijden bestaat een kleine 100 jaar en nu ineens blijkt dat dat misschien heel anders blijkt te werken. Chemotherapie wordt gegeven aan kankerpatiënten met de hoop dat de kankercellen enorm te beschadigen, waarna ze het zelf opgeven. Voor het doden van een kankercel, iets wat ze dus uiteindelijk zelf doen, is het eiwit P53 nodig. Dit eiwit is normaal een soort verpleegkundige die beschadigd DNA repareert, maar als het ziet dat het te veel werk is en het eigenlijk al te laat is, dan wordt het juist een kleine, magere Hein.
Nu blijkt dat dat betreffende eiwit helemaal niet nodig is, want het gen Schlafen11 stopt de eiwit-aanmaak in cellen ook, waarna ze sterven. We moeten dus meer kijken naar Schlafen11, dan naar eiwit P53, stellen de onderzoekers in het blad Science. In het onderzoek werden steeds kankercellen genomen en genen uitgeschakeld, waaruit bleek dat chemotherapie niet meer effectief was toen het gen van Schlafen11 werd uitgeschakeld. Helemaal nieuw schijnt die conclusie niet te zijn, maar de duidelijke link was er eerder nog niet. Als mensen van zichzelf al een uitgeschakeld Schlafen11-gen hebben, dan heeft chemo geen zin. Logisch, want de cellen hebben geen eiwitfabriek meer die op de schade reageert.
De manier waarop we kanker bestrijden zou dus wel eens flink kunnen gaan veranderen en daardoor veel effectiever worden. Dat zou geweldig nieuws zijn, zeker voor wie chemotherapie niet blijkt te werken. Chemo wordt vaak gegeven bij zeer serieuze vormen van kanker, waardoor juist innovaties op dit gebied enorm veel mensen kunnen helpen. Goed gedaan dus door de onderzoekers, die wel stellen dat er nog veel meer onderzoek nodig is om hier écht meer mee te doen.