Heb je een groepje waarmee je eens per week of per maand Dungeons & Dragons speelt? Dan ben je goed bezig. Uit een studie blijkt dat het spelen van D&D autistische spelers helpt bij sociale interacties. Maar, natuurlijk niet alleen mensen in het spectrum: ook anderen hebben er baat bij in hun sociale leven.
Mocht je geen idee hebben wat Dungeons & Dragons is, lees dan ook eens onze uitleg over wat D&D is. Het komt erop neer dat je een soort bordspel/rollenspel met anderen doet in het echt, waarbij je doorgaans gewoon aan een tafel zit en ongeveer op dezelfde manier speelt als je een turn based-videogame zou spelen. Je komt onderweg vijanden tegen, je personage levelt, je krijgt er nieuwe vaardigheden bij, enzovoort.
Played my first game of Dungeons & Dragons pic.twitter.com/X1jAopMdSt
— Wendigoon (@Wendigoon8) January 21, 2024
Het leuke aan D&D is dat je het niet alleen doet. Eén van de spelers is de DM, de Dungeon Master, en die legt uit wat er allemaal gebeurt, welke keuzes er te maken zijn, en hij of zij speelt ook de rol van de vijanden. De overige spelers vormen meestal een team dat samen moet strijden tegen al die vijanden. Maar ja, als je in teamverband iets moet doen, moet je dus flink overleggen en elkaar vragen stellen hoe het werkt, enzovoort. Dat moet natuurlijk op school of werk ook, maar dan is het een stuk stressvoller omdat je dan jezelf bent. Bij Dungeons & Dragons speel je een rol, dus kun je je daar altijd achter verschuilen.
Dat schijnt enorm goed te werken voor vooral mensen binnen het spectrum. Omdat ze een personage kunnen maken dat bij wijze van spreken het complete tegenovergestelde is van hoe ze zelf zijn, krijgen ze de kans om op een veilige plek uit te proberen hoe mensen reageren op bepaald gedrag. Gedrag dat ze misschien zelf niet durven te vertonen in het echt, maar waarvan ze in D&D dan leren dat daar helemaal niet zo gek op gereageerd wordt.
How “Dungeons & Dragons” saved my autistic son http://t.co/GyTEm5gfk9 pic.twitter.com/SvzwPz0Q2t
— Geek & Sundry (@GeekandSundry) September 4, 2015
Het spel uit de jaren ‘70 kan mensen dus goed helpen om als het ware sociale experimenten te doen. In het onderzoek draaide het dan vooral om mensen met autisme, maar we denken dat dit ook mensen die niet binnen het spectrum vallen kan helpen, naast dat het ook gewoon heel gezellig en tof is om te doen natuurlijk. Wat autistische mensen overigens ook erg helpt bij D&D is dat er duidelijke kaders zijn van wat mag en wat niet mag, waar je punten voor krijgt en waarvoor niet. Hierdoor is het ook minder eng om een risico te nemen, want je weet ongeveer wat de consequenties zijn, kijkend naar de punten en hoe het werkt.
Je krijgt van D&D een boost in je zelfvertrouwen en een gevoel van erbij horen en broederschap: iets dat we als D&D-spelers herkennen. Het moet erg tof zijn om met een autist te D&D’en, want hij of zij zal helemaal opbloeien aan de tafel omdat ze waarschijnlijk ineens een stuk socialer zijn. Het is afgekaderd, dus het is makkelijker. Ze spelen een rol en dat helpt ook. Plus: ze kunnen zich ook makkelijker in een ander verplaatsen, omdat ze wat meer ruimte voelen om dat te doen: ze kunnen immers ‘zichzelf’ even buiten de deur houden als het ware.
Toch eens de moeite waard om te proberen, dat D&D, binnen en buiten het spectrum. Of beter nog: spelen met mensen binnen én buiten het spectrum. Veel plezier!