Terwijl Meta druk verder bouwt aan zijn metaverse, is het ook nog steeds het moederbedrijf van Oculus, maker van virtual realitybrillen. De apps die op die brillen worden gebruikt, die maakt Meta niet allemaal zelf, dat doen derden. Die derden zijn boos, want Meta zou onredelijke eisen stellen en hypocriet zijn. Waarom? Omdat het geld verwacht van ontwikkelaars die hun apps in de VR-appwinkel van Meta willen zetten.
Het is al jaren een groot punt van discussie tussen appmakers aan de ene kant en grote techbedrijven aan de andere. We hebben het gezien met Epic Games en Apple (én Google). Epic Games vond het niet eerlijk dat Apple een percentage van maar liefst 30 procent van de inkomsten van de app afsnoepte en kwam met een eigen betaalsysteem. Tot ergernis van Apple, dat op zijn beurt de enorm populaire Epic-game Fortnite uit de App Store haalde. Rechtszaken volgden en Epic werd een soort van in het gelijk gesteld. Echter is Apple koppig: het heeft de app nog steeds niet in de App Store teruggeplaatst.
Op telefoons is het ecosysteem nu eenmaal zo gegroeid. Er is de laatste tijd wel wat ineperkt, want in veel gevallen hoeven apps maar 15 procent af te dragen. Het is echter niet wenselijk voor appmakers. In het geval van de appwinkels is het echter nog voor te stellen waarom dit zo werkt: er zijn zoveel telefoons die toegang hebben tot die winkels, dat je eigenlijk wel moet als ontwikkelaar. Het lijkt met VR-apps helaas dezelfde kant op te gaan en dat vinden veel ontwikkelaars totaal niet fair.
Immers besluit Meta VR-brillen te maken en die wil natuurlijk graag dat er content op te vinden is. Het liefst bekende spellen van grote gamemakers, of spellen die speciaal voor hun VR-bril beschikbaar worden gemaakt. Het neemt ook hierin hetzelfde standpunt als bij telefoons: ‘wij bieden je app aan in onze appwinkel en daarvoor moet je ons niet alleen dankbaar zijn, omdat we je aan zo’n groot publiek koppelen, maar je moet ook ons betalen voor deze bevoorrechte positie.’ Appmakers vinden dat onzin: zonder de app van appmakers, zou het succes van die VR-bril heel anders zijn. Een telefoon koop je om veel meer redenen dan een VR-bril.
Cue het metaverse, want dat is waarschijnlijk de aanstichter van dit probleem. Meta heeft namelijk het plan om het metaverse zo te maken dat iedereen straks een VR-bril wil om toegang te krijgen tot dat nieuwe internet. Op een bepaalde manier zal de VR-bril een rol gaan vervullen die de smartphone op dit moment vervult. Ontwikkelaars moeten dus wederom blij zijn dat hun apps via die appwinkel dan in de etalage staan, in plaats van dat Meta de ontwikkelaars bij wijze van spreken zou moeten betalen voor het maken van een app op hun systeem.
Tegelijkertijd investeert Meta ook veel geld om zijn beloftes omtrent het metaverse waar te maken. Het geeft ongeveer 7 miljard tot 10 miljard dollar uit per jaar om deze wereld te bouwen en straks door te ontwikkelen. In ieder geval heeft het een plan gemaakt voor de komende tien jaar, zodat we straks allemaal in een Ready Player One-achtige wereld kunnen leven.
Er is ontzettend veel hype rondom het metaverse en mede daarom neemt Meta zo’n standpunt in. Het is alleen de vraag in hoeverre het hiermee wegkomt. De ontwikkelaars zouden er slim aan doen Meta een lesje te leren en hun apps allemaal uit de appwinkel te halen. Dan voelt het bedrijf misschien pas hoe belangrijk die derde partijen voor Meta is. Tegelijkertijd doen appmakers dat liever niet, omdat ze natuurlijk graag zien dat zoveel mogelijk mensen hun apps gaan kopen, downloaden en spelen.
Het is in ieder geval goed dat deze discussies (via Financial Times) nu oplaaien, nu er op het gebied van VR nog geen grote gevestigde orde is. Er zijn natuurlijk wel appwinkels, maar straks als dat metaverse er is, dan moet dat ecosysteem waarschijnlijk sowieso flink onder handen worden genomen. Waarom dan niet meteen goede afspraken maken waarin iedereen zich kan vinden? Het is afwachten of dat wel kan.
Ontwikkelaars vinden dat ze 0 hoeven te betalen, terwijl Meta op dit moment al 30 procent vraagt van appmakers die games maken voor Oculus Quest 2. In die appwinkel, de Met Quest Store, hoef je echter niet te staan, want je kunt ook kiezen voor een andere appwinkel waarbij je dat geld niet hoeft af te dragen. Maar ja, dat kost wel meer moeite, en zeker in VR wat voor veel mensen zo nieuw is, is zo’n vertrouwde, voorgeïnstalleerde appwinkel toch het eerste waarnaar mensen grijpen.
Daar komt wel nog een probleem bij: in hoeverre mag Meta eisen stellen aan de apps zelf? Het wil spelers niet frustreren met halfbakken apps, dus is het geneigd om toch strenger te controleren op de kwaliteit en veiligheid van apps. Ontwikkelaars zijn bang dat er in dat proces veel transparantie kwijtraakt. Het schijnt nogal een crime te zijn om je app in de Quest Store te krijgen: meer nog dan op Android of iOS. Het kost sommige appmakers wel 9 maanden (en heel veel communicatie over en weer) om hun app in de winkel te krijgen: bij Apple duurde dat maar 2 weken.
Waarschijnlijk ligt de oplossing van al deze problemen ergens in het midden. Meta moet misschien minder geld vragen aan appmakers, zeker als ze wel die hoge standaarden voor de applicaties willen blijven hanteren. Appmakers moeten op hun beurt waarschijnlijk toch wel geld aan Meta gaan betalen, want helemaal gratis zal het waarschijnlijk nooit worden. Meta weet dat zijn methode werkt: er staan genoeg apps van derden in die Quest Store. Het is te hopen dat het metaverse nieuwe standaarden met zich meebrengt, maar daar moet dan wel nu al hard voor worden gestreden.
