Op basis van anonieme ingewijden meldt The Wall Street Journal dat de Amerikaanse regering onderzoekt of het Europese telecombedrijven, zoals Nokia en Ericsson, kan verbieden producten te fabriceren in China die voor de Amerikaanse markt bestemd zijn.
Dit is een volgende escalatie in de handelsoorlog tussen China en de VS. En mocht het daadwerkelijk worden doorgezet, dan kan dit grote gevolgen hebben voor Europese telecombedrijven. Na het Chinese Huawei zijn het Finse Nokia en het Zweedse Ericsson de grootste spelers op de markt voor apparatuur voor telecomnetwerken.
Op de korte termijn lijkt er nog niet veel te veranderen. Volgens de bronnen van de krant bevindt het plan zich nog in een vroeg stadium. Mocht er uit het onderzoek daadwerkelijk een voorstel voortkomen, dan kan het nog jaren duren voordat dit omgezet wordt in wetgeving.
De Amerikaanse president Donald Trump tekende in mei een decreet waardoor het voor de VS mogelijk is geworden om telecomapparatuur van ‘buitenlandse tegenstanders’ te verbieden. Dit decreet wordt impliciet als een maatregel tegen Huawei gezien. Het bedrijf wordt door Amerika beschuldigd van te nauwe banden met de Chinese overheid.
Bij de VS en veel andere overheden zit de vrees erin dat apparaten van Huawei gebruikt worden voor spionagedoeleinden. Daar zijn tot op heden nog geen concrete bewijzen van geopenbaard. Deze sterke aanwijzingen en vermoedens zijn de voornaamste reden voor de VS om te bekijken of andere telecomfabrikanten die nu in China delen van hun apparaten produceren dit in het vervolg niet meer te laten doen.
Landen over de hele wereld maken zich op om over te gaan van een 4G- naar een 5G-netwerk. En overal duikt de discussie rondom de telecomapparatuur van vooral Huawei de kop op. Want sneller en stabieler internet biedt volop economische voordelen, maar niet als je zo prooi wordt van de spionagepraktijken van een andere wereldmacht. Vandaar dat er naar de Europese telecomfabrikanten wordt gekeken over hoe zij dit probleem op gaan lossen.