Onze hersenen zijn zo ingesteld dat we iemand eerder vertrouwen als diegene wat persoonlijke dingen met ons deelt. Als iemand je wat persoonlijke informatie toevertrouwt, dan voel je je dus vertrouwder met die persoon. Op zich heel logisch, maar wat als dat geen mens is, maar een robot? Uit onderzoek blijkt dat we robots eerder als mensen zien wanneer ze ons iets ‘persoonlijks’ vertellen.
Veel bedrijven werken aan allerlei natuurlijke manieren om de robot met je te laten spreken. Heb je een gesprek met iemand, dan zegt iemand niet heel staccato: ‘Ja, dat gaan we doen.’ Iemand zal eerder zeggen: ‘Oh, wat leuk! Laten we dat doen ja!’ Maar ja, hoe leer je dat aan een computerprogramma? Dat gebeurt via Natural Language Processing, maar er zijn natuurlijk meer manieren om te zorgen dat we als mensen het gevoel hebben een fijn, normaal gesprek te hebben.
Dat kan bijvoorbeeld door te zorgen dat je mensen laat denken dat ze geen gesprek hebben met een robot, maar met een mens. Eén van de betere manieren om dat te doen zou volgens Japans onderzoek zijn door de robot vanuit zichzelf iets ‘persoonlijks’ te laten vertellen. Je kunt je afvragen wat een robot meemaakt waardoor hij iets persoonlijks kan vertellen, maar je zou wel kunnen bedenken dat de robot misschien een eerder gesprek met een mens heeft gehad en daar iets over vertelt. Misschien heeft iemand hem meer gevraagd over wat hij of zij moet verwachten in een traject rondom borstkanker. Daar zou een robot later over kunnen vertellen dat hij dat gesprek had. Je kunt je echter afvragen of zo’n verhaal blijft hangen: immers zal een robot niet zeggen hoe hij zich erover voelde en het zijn juist emoties die lang bij ons blijven hangen.
De onderzoekers hebben deelnemers online laten chatten met kunstmatige intelligentie en die had als avatar een foto van een mens of een foto van een robot. Het gesprek was een soort ‘koffieautomaat’-gesprek alsof ze lunchpauze hadden en in elk gesprek nam de robot even een moment om over een hobby te spreken, over een persoonlijk werkgerelateerd incident of hij gaf geen persoonlijke informatie. De 918 deelnemers moesten vervolgens een vragenlijst invullen en daaruit bleek dat persoonlijke, werkgelerelateerde informatie het het beste deed, gevolgd door hobby’s . Persoonlijke informatie wekt dus empathie op. Ook bijzonder: het maakt mensen niet uit of de robot wordt afgebeeld als robot of als mens. Dat zet je toch aan het denken over hoe perfectionistisch je zelf bent over je avatar, niet?
Dus ja, als ontwikkelaars van kunstmatige intelligentie slim zijn, dan zetten ze niet alleen in op hoe de zinnen die worden beantwoord zo natuurlijk mogelijk klinken, maar ook op het overtuigen van de mens dat hij of zij met een ‘mens’ praat door de AI te leren iets ‘persoonlijks’ te vertellen. Kortom, als een robot met een mooie anekdote op de proppen komt, zijn we meer geneigd om het te vertrouwen, het als mens te zien en daardoor misschien zelf ook wel met een grappige anekdote te komen. Het recept voor langdurige vriendschap, toch?