Vroeger, als je ’s nachts ‘het noorden kwijt was’, dan kon je bij een heldere hemel nog altijd op zoek gaan naar de poolster. Dat was niet alleen een van de helderste sterren, maar doordat hij altijd op vrijwel dezelfde plek staat, kon je hem goed gebruiken om te navigeren. De helderste ster was overigens Sirius, in het sterrenbeeld Grote Hond. Was? Ja, want er is een nieuwe helderste ‘ster’. Nou ja, er is natuurlijk niet ineens een ster bijgekomen aan de nachtelijke hemel. Nee, het is een prototype satelliet, de BlueWalker 3, die onderdeel moet worden van een 5G-netwerk dat vanuit de ruimte de aarde bediend.
De komst van zo’n heldere satelliet, uiteindelijk moeten het er tientallen worden, zorgt bij sommige astronomen voor nogal wat verwarring en boosheid. Het bemoeilijkt namelijk het uitvoeren van hun hobby en werk.
De BlueWalker 3 satelliet bestaat uit een aantal reflecterende panelen en is zo’n 64 vierkante meter groot. Die panelen weerkaatsen het zonlicht dat erop schijnt. Mede doordat de satelliet in een relatief lage baan rond de aarde zweeft, maakt dat hij ’s nachts meer licht naar de aarde reflecteert dan de helderste sterren en planeten.
BlueWalker 3 is in feite de grootste antenne-array die ooit in de ruimte geschoten is. Het bedrijf erachter, AST SpaceMobile, werkt aan een 5G-netwerk vanuit de ruimte. Uiteindelijk is het de bedoeling dat hiervoor, net als bijvoorbeeld Starlink, een netwerk van deze 5G-satelietten rond de aarde gaan zweven. Dat betekent dus, als die allemaal zo helder zijn, dat ze het werkt en plezier voor astronomen en hobby-sterrenkijkers kunnen verpesten.
Dit soort klachten, van ‘storende’ satellieten, zijn overigens niet nieuw. Ook Starlink heeft er regelmatig mee te kampen als de treintjes met nieuwe Stalink satellieten weer eens door de nachtelijke hemel struinen. Feit is wel dat die, inmiddels duizenden, satellieten op zichzelf allemaal een stuk kleiner en veel minder helder zijn.
Astronomen stellen nu ook dat heldere, low-orbit, satellieten zoals de BlueWalker 3, een gevaar voor de aarde kunnen vormden. En dan doelen ze niet op eventuele ongelukken door satellieten die neerstorten. Zij wijzen op het risico dat deze satellieten vormen voor het niet tijdig kunnen ontdekken van objecten die in de buurt van de aarde komen. Precies, meteoren en meteorieten. Daarnaar wordt met name onderzoek gedaan tijdens schemering, op het moment dat de meeste sterren nog niet helder genoeg ‘stralen’ en andere objecten nog goed zichtbaar zijn.
“Eén van die soorten observaties zoekt naar objecten die zich in de buurt van de aarde bevinden en geeft een vroege waarschuwing aan potentiële asteroïden die op ramkoers met de aarde zijn. Daarom zouden deze satellieten elke poging tot vroegtijdige waarschuwing kunnen belemmeren en zo kunnen voorkomen dat we onszelf tegen uitsterven beschermen. impact op niveau”, aldus astronoom en onderzoeker Jeremy Tregloan-Reed tegenover Space dot com.
Gelukkig is er een organisatie die zich bezighoudt met de impact van alles wat wij de ruimte in schieten aan satellieten: het IAU Center for the Protection of the Dark and Quiet Sky from Satellite Constellation Interference (IAU CPS). Zij willen nu samen met de ruimtevaartindustrie aan oplossingen werken hiervoor. Hoe dat vorm moet krijgen, en welke gevolgen dat gaat hebben voor de ontwikkeling van satellietnetwerken, zal moeten blijken.