Enkele weken geleden schreef ik nog een blog over de gloriedagen en het verval van Fokker, ooit de grootste vliegtuigfabriek ter wereld die in 1996 failliet verklaard werd. Enkele maanden geleden werd al bekend dat een van de bedrijven die ontstaan is uit de failliete vliegtuigmaker, Fokker Next Gen, werkt aan de ontwikkelen van een duurzaam, uitstootvrij waterstof aangedreven toestel. Dat toestel is, niet geheel verassend, een doorontwikkeling van het laatste echt succesvolle toestel van de vliegtuigbouwer, de Fokker 100.
Deze week werd bekend dat Fokker Next Gen overweegt het waterstof vliegtuig in Nederland te gaan produceren. Daarvoor is de vliegtuigbouwer op zoek naar een locatie – met voldoende uitbreidingsmogelijkheden – in de buurt van het Drentse Eelde, bij Groningen Airport (het voormalige vliegveld Eelde). Dat doet Fokker Next Gen overigens in samenwerking met de luchthaven. Het moge duidelijk zijn dat een vliegveld in de buurt van een vliegtuigfabriek onontbeerlijk is. Dat maakt het uitvoeren van tests en testvluchten immers een stuk toegankelijker.
Samen voeren de partijen de komende periode een haalbaarheidsonderzoek uit. Als daaruit blijkt dat een vliegtuigfabriek in Nederland inderdaad levensvatbaar is, dan komt het moment dat Nederland weer een eigen vliegtuigfabriek heeft een stuk dichterbij.
Fokker Next Gen wil, zoals de vlag er nu bij hangt, zo’n 150 waterstof vliegtuigen per jaar gaan produceren. De fabriek in Nederland zou ongeveer de helft daarvan voor haar rekening moeten nemen. De vliegtuigfabriek zou in 2035 ongeveer 1900 fulltime banen opleveren.
Fokker Next Gen werkt voor de ontwikkeling van het waterstof vliegtuig samen met Rolls Royce, een van de marktleiders als het gaat om de ontwikkeling en productie van motoren voor straalvliegtuigen. Als alles volgens planning verloopt dan moet de eerste tot waterstof aangedreven ‘Fokker 100’ in 2035 op de markt komen. Dat duurt dus nog minimaal ruim 11 jaar, maar de ontwikkeling van een vliegtuig is bepaald geen sinecure.
Ter vergelijk, de ontwikkeling van de Airbus A380 duurde, van idee tot de eerste vlucht, bijna 17 jaar. Nu hoeft Fokker Next Gen natuurlijk geen compleet nieuw toestel te ontwikkelen omdat ze uit gaan van de Fokker 100. Maar uitdagingen liggen er genoeg. Met name op het gebied van de aandrijving: waterstof in plaats van kerosine.
Onlangs ondertekenden een vijftiental partijen al een intentieverklaring waarin zij afspraken te gaan samenwerking voor de ontwikkeling van een groene waterstofinfrastructuur op Groningen Airport Eelde.
Wereldwijd is Fokker Next Gen zeker niet de enige vliegtuigfabrikant die aan de ontwikkeling van zero-emission toestellen werkt. Samen met AeroDelft onderzoekt Airbus zelf ook al enige tijd de mogelijkheid en wat er voor nodig is om passagiersvliegtuigen op waterstof te laten vliegen.
Eerder dit jaar maakte het grootste waterstof aangedreven vliegtuig tot nu toe, een omgebouwde Dash-8 al een succesvolle testvlucht van een kwartier. Dat toestel heeft normaliter een capaciteit van 40 passagiers. Door de ruimte die nodig was om voldoende waterstof aan boord te hebben voor de vlucht van een kwartier, moest de helft van het toestel dienst doen als waterstoftank.
Om maar aan te geven welke uitdagingen Fokker Next Gen nog te overwinnen heeft voordat een toestel voor maximaal 100 passagiers – de Fokker 100 – en een bereik van 2.500 kilometer volledig emissievrij op waterstof door de lucht zoeft.
Afbeeldingen: Fokker Next Gen